Watervallen en geisers (dag 4)

Gisteravond kregen we visite. Het waren LRCH-leden, die met een omgebouwde Mercedes bus aan het reizen waren. Toch grappig dat zo’n clubsticker op de auto ook hier herkend wordt.

Nadat we ons kamp hadden opgebroken, besloten we om toch de off road route naar de gletsjer te rijden. Het was wederom prachtig weer. Het begin van de route wordt gemarkeerd met een bord waarop in twee talen “onbegaanbaar” staat. We zijn een heel eind naar boven gereden, maar niet helemaal. De vergezichten waarop je hier wordt getrakteerd zijn fenomenaal.

Nadat we weer van onze berg waren afgedaald reden we door naar de waterval Skogafoss. Deze waterval stort maar liefst zestig meter naar beneden. We klimmen langs de waterval omhoog, een hele klim. Erachter ligt de rivier met nog meer, kleinere watervallen, maar dat geloven we wel en we dalen weer af. We rijden door naar de volgende waterval.

De Seljansfoss: achter deze waterval kan je langs lopen. Leuk, maar het is hier erg toeristisch. We kunnen goed merken dat je dichter bij Reykjavik komt: ook het verkeer wordt drukker.

We slaan ons kamp op met in de achtertuin de geisers Stokkur en Geysir. Aan de laatste ontlenen alle geisers in de wereld hun naam. Ook hier is het erg toeristisch, maar omdat we hier toch kamperen kunnen de geisers en stoombronnen ’s avonds vrij ongestoord en rustig bekijken. 

Op een eruptie van Stokkur hoef je nooit langer dan een paar minuren te wachten, al krijg je wel een lamme arm van het in de aanslag houden van de camera.